Er was eens… een mythe, die volop rondging onder de mensen. Dat was niet gek, want deze mythe was een mooi verhaal. Een sterk verhaal. Een verhaal dat zo fantastisch was, dat de mensen het graag wilden geloven. Maar zoals bij alle mythes, was ook deze mythe een echte mythe; wat betekent dat het een verhaal is dat misschien wel mooi is, maar niet helemaal waar is.
Het hoeft niet zo te blijven als het nu is
Het rare was: hoewel de mensen wisten dat het een mythe was, en dat het dus een verhaal was dat niet helemaal waar was, wilden ze toch graag in het verhaal geloven. Het punt was namelijk, dat de mythe een hele krachtige mythe was. Het was een verhaal dat niet alleen mooi klonk, maar het gaf de mensen ook hoop. Het liet mensen zien dat hun leven misschien niet altijd hoefde te blijven zoals het nu was.
De mythe suggereerde dat hun leven helemaal anders zou kunnen worden. Hij vertelde dat alle mensen mooi, rijk en gelukkig konden worden. En het mooiste was: daarvoor hoefden ze helemaal geen ingewikkelde dingen te doen! Het enige dat ze hoefden te doen… was in de mythe geloven. En zo was de mythe aan zijn opmars begonnen.
Maar toen gebeurde er iets onverwachts…
Natuurlijk waren er mensen die er niet in geloofden
Natuurlijk waren er volop mensen die niet in de mythe geloofden. Zij zagen ook wel in, dat je heus niet zomaar mooi, rijk en gelukkig wordt. Maar ja, om dat nou hardop te zeggen… dat deden ze niet. Sterker nog: diep in hun hart wisten ze wel dat de mythe niet waar was. Maar een klein stukje van hen bleef twijfelen. Wat nou als de mythe wél waar was? Wat nou als ze wel mooi, rijk en gelukkig konden worden. Niet met hard werken, of door ingewikkelde dingen te leren. Maar gewoon, door in de mythe te geloven. Stel nou eens dat het wél zou kunnen. Dat het echt zo zou werken. Dan zou het ongelofelijk stom zijn om niet in de mythe te geloven. Zo kwamen ook de cricitasters van de mythe aan het twijfelen. Ze spraken hun twijfel niet meer hardop uit, maar ze dachten: ‘ach, ik kan het in elk geval eens proberen. Het kan vast geen kwaad om een maandje of twee in de mythe te geloven. Misschien werkt het toch.’
Andere mensen geloofden in de mythe om andere redenen. Die dachten: ‘Tja, ik geloof geen snars van de mythe. Maar ja, dan word ik zeker nooit mooi, rijk en gelukkig. Dus zo moet ik niet denken. Laat ik mijn belemmerende overtuigingen uit mijn hoofd zetten, en wel in die mythe gaan geloven. Als ik flink mijn best doe, dan kan het best, dan werkt de mythe voor mij vast ook. Dan word ik wel mooi, rijk en gelukkig!’
Tenslotte waren er de slimme mensen
Tenslotte waren er de slimme mensen. Dat waren de mensen die inmiddels hun werk hadden gemaakt van de mythe. Zij hadden mooie presentaties gemaakt, en ze trokken het hele land door met lezingen en voordrachten. In die lezingen vroegen ze mensen om geld, en dan vertelden ze de mythe. Als mensen kritische vragen stelden over de mythe, gaven ze steevast hetzelfde antwoord:
“Kijk maar naar mij! Ik was vroeger ook dom, arm en ongelukkig. Net zoals jij. Maar nu ben ik mooi, rijk en gelukkig. Dat komt door de mythe. Doe net als ik, en ga ook in de mythe geloven. Dan wordt jij ook mooi, rijk en gelukkig!”
Toch was hij niet gelukkig…
Hoewel de mythe met een grote opmars bezig was, en hij steeds meer invloed kreeg, was hij toch niet gelukkig. Hij wist dat hij meer en meer mensen bereikte. Dat hij groeide. Dat zijn invloed in het land groter en groter werd. Dat vond hij geweldig. Maar toch… er ontbrak iets. Als de mythe een dag hard had gewerkt, dan ging het allemaal nog wel. Dan kon hij zijn zorgen een beetje uit zijn hoofd zetten. Maar kwam hij dan ‘s avonds thuis, en ging hij na het avondeten rustig op de bank zitten, dan kon het hem aanvliegen. Hij voelde zich leeg, ellendig. Hij begon te piekeren. Was dit het nou? Was dit nou het doel van zijn bestaan, als mythe? Dat kon toch niet? Er moest toch méér zijn? Veel meer. Maar wat? En waar kon hij dat vinden?
Op zo’n stille avond zat hij alleen voor de haard
Op zo’n stille, donkere avond zat de mythe in zijn eentje voor de open haard. De vragen vlogen weer door zijn hoofd: was dit het nou? Er moest toch meer zijn? Maar waar? Moest hij nog meer mensen bereiken, nog beroemder worden, nog groter worden? Dan zou hij een écht wereldberoemde mythe kunnen worden. Dan kon hij alle mensen in de hele wereld bereiken. Misschien was dat het? Zou zo zijn onrust verdwijnen?
Terwijl hij dat zei, hoorde hij een zacht geritsel. Het klonk alsof iemand zachtjes lachtte. De mythe schrok er van. Was er iemand in de kamer? Iemand die hem uitlachte? Ongerust keek hij om zich heen. Maar hij zag niets. Toen hoorde hij het zachte geritsel opnieuw. Nu een beetje luider. Het kwam van opzij. Hij keek naar de richting van het geluid. En opeens zag hij het.
De haard reageerde direct
De vlammetjes van de open haard flikkerden zachtjes op een neer. En al brandend maakten ze een licht geruis, een geritsel. Alsof de haard aan het lachen was. De mythe keek stomverbaasd. Wat was dat? Kon zijn open haard lachen? Dat was bizar! Een lachende open haard. Daar had hij nog nooit van gehoord. Hij was zo verbaasd, dat hij het hardop uitsprak:
“Dit kan echt niet! Een open haard die lacht, daar heb ik nog nooit van gehoord”. De open haard reageerde direct:
“Nou, ik heb anders ook nog nooit gehoord van een mythe die bij een open haard zit”. Oei, die kwam aan. De mythe was er stil van.
Alsof hij niets meer hoefde te zeggen
De open haard gebruikte de stilte om opnieuw te ritselen. Het klonk als lachen, maar wel als een vriendelijke lach. Een warme lach. De mythe voelde zich ontspannen. De kou verdween uit zijn botten, de angst verdampte uit zijn hoofd. Zijn onrust verdween. Hij zei niets meer, maar keek alleen naar de vlammetjes, die hun eindeloze spel speelden. Ze flakkerden omhoog, en weer omlaag. Eindeloos, zonder te stoppen. Hij kreeg er lol in en lachte naar de haard:
“Wat ben jij lekker warm!” zei hij tenslotte. De haard ritselde, alsof hij niets meer hoefde te zeggen. Alsof de mythe zijn boodschap had begrepen.
Het voelt allemaal zo zinloos!
Maar nu wilde de mythe meer weten:
“Zeg eens haard”, begon hij. “Jij hebt mijn hele verhaal aangehoord. Misschien kun jij me wel advies geven. Ik zit met een probleem.” De haard reageerde direct met zacht geruis en geritsel. Alleen dit was al geruststellend. De mythe voelde dat de haard naar hem luisterde en ging verder met zijn vraag:
“Zoals je weet ben ik een mythe. Maar ik ben niet zomaar een mythe. Ik ben een mooie mythe, een sterke mythe. Ik ben een krachtig verhaal, dat veel mensen geloven. Elke dag gaan er meer en meer mensen in mij geloven. Maar toch ontbreekt er iets. Ik voel me vaak zo leeg.” De mythe was even stil. Toen vertelde hij eerlijk:
“Als ik hard aan het werken ben, dan gaat het allemaal nog wel. Dan kan ik mijn zorgen een beetje vergeten. Maar als ik ‘s avonds thuis kom, als het helemaal stil wordt, vliegt het me weer aan. Op zulke avonden voel ik me eenzaam en vraag ik me af: waar doe ik het allemaal voor?” Hij slikte even en zei met een snik:
“Het voelt allemaal zo zinloos!”
Ik heb er hard voor gewerkt
Opeens klonk de mythe fel:
“Je moet niet denken dat ik zomaar een mythe ben!” Hij haalde adem en ging verder:
“Ik werk er hard voor. Ik heb veel gestudeerd en mezelf volop ontwikkeld. Ik haalde altijd goede cijfers op school en ook nu werk ik nog hard. Want ik wil succesvol worden! Ik wil groots zijn, veel mensen bereiken, de wereld veranderen.” Hij gooide de laatste woorden er uit, was weer even stil, en zei toen zachtjes:
“Maar het is net alsof niets meer lukt. Hoe harder ik werk, hoe meer mensen ik bereik, hoe succesvoller ik ben. Maar zo voelt het niet! Het voelt allemaal zo zinloos. Zo nutteloos.” Weer was hij stil.
Toen zij hij, opnieuw met een snik:
“Soms denk ik wel eens dat ik er maar beter mee kan stoppen. Dat ik gewoon binnen blijf en nooit meer onder de mensen wil komen.” De mythe schrok van zijn laatste woorden. Hij had het gezegd! Hij had zijn grootste twijfels gedeeld met de haard. De twijfels die hij altijd stilletjes voor zich had gehouden. Dat wat hij niet eens naar zichzelf had durven uitspreken.
Regelmatig ontmoetten ze elkaar
De haard ruiste zachtjes en zij niets. De mythe vond het prima. Hij hield van het stille geruis en voelde dat zijn woorden waren begrepen. De haard kon goed luisteren. De haard was een fijne vriend. Natuurlijk was de haard niet zijn enige vriend. De mythe had veel vrienden, vaak andere mythes. Regelmatig ontmoeten ze elkaar, op grote bijeenkomsten of juist in kleine groepjes. Ze overlegden met elkaar en wisselden tips en adviezen uit. Sommige van die tips waren heel zinvol. De mythe had al regelmatig tips van andere mythes gebruikt, waardoor hij nog meer mensen had kunnen bereiken. Maar toch was er iets in het gezelschap van de andere mythes dat hem moe maakte. Alsof hij werd leeggezogen. Alsof het nooit helemaal goed was, nooit genoeg.
Na de ontmoetingen met de andere mythes zat zijn hoofd boordevol met adviezen, ging hij vaak weer hard aan het werk. Hij probeerde zo snel mogelijk zoveel mogelijk adviezen te implementeren. Dat gaf hem altijd een goed gevoel. Voor even. Daarna kwam de onrust steevast weer terug, meestal zelfs erger dan voorheen. Toch bleef hij vasthouden aan de vriendschappen met de andere mythes. Het was immers belangrijk om inspiratie te krijgen, om wat van de wereld te zien, om te weten hoe zijn collega’s het aanpakten. Toch?
Nu had hij opeens een andere vriend in zijn leven
Nu had de mythe opeens een andere vriend in zijn leven: de warme haard. Het was een vriend die niet halverwege zijn verhaal onderbrak met tips. Het was een vriend die niet direct begon te vertellen hoe succesvol hij zelf wel niet was. Het was een vriend die niet zogenaamd meer mensen kon bereiken, of veel minder hard hoefte te werken en die tips best met de mythe wilde delen.
De haard was een heel andere vriend. Het was een vriend die er stilletjes was. Die hem verwarmde. Die rustig luisterde. Dit was een vriendschap die de mythe niet kende. En het was een vriendschap die hem tot diep in zijn botten verwarmde. Hij zuchte genoeglijk:
“Wat is dit lekker!” zei hij alleen maar. De haard ritselde nog eens, en liet zijn vlammetjes extra hoog uitreiken in de schoorsteen. De mythe genoot van de kleuren en vormen en zei niets meer. Hij voelde dat hij een beetje wegsoesde, bij de warmte en het geritsel.
Opeens zag hij zichzelf op een groot marktplein staan
Opeens zag de mythe zichzelf op een groot marktplein staan. Het was een enorm plein, met veel mensen. Hij wist: de mensen waren allemaal gekomen voor hem. Om naar hem te luisteren. Dit was zijn dag. Hij keek opzij: daar stonden honderden fotografen en camera’s. Alle kranten waren er, en de televisie, en de grote bloggers van internet. Hij zou niet alleen de duizenden mensen op het plein kunnen bereiken, maar nog veel meer. Vandaag zou hij met zijn verhaal in één klap kunnen doordringen tot miljoenen mensen. Er ging aan de zijkant een bord omhoog en als bij toverslag verstomde het geroezemoes op het plein. De mythe zag hoe de camera’s werden aangezet, hoe de fotografen elkaar bijna wegdrukten om het beste plekje te bemachtigen. En hij wist: dit was het moment waar iedereen op had gewacht. Nu moest hij gaan praten. Nu moest hij zijn verhaal vertellen.
Dit was het moment waar hij zijn hele leven naar uit had gekeken
Dit was het moment waar hij zijn hele leven naar uit had gekeken. Het moment waarop hij groots zou worden, waarop hij zichzelf kon profileren, waarmee hij iedereen zou kunnen bereiken. Het was alsof zijn droom uitkwam. Hij voelde zijn handen tintelen. Nerveus was hij nooit geweest, hij was het gewend om te vertellen, om voor groepen te staan. Maar opeens voelde het vandaag anders. Alsof er iets op het spel stond. Iets groots iets belangrijks.
De mythe haalde nog één keer diep adem. Hij wilde zijn vaste beginzinnen nog één keer door zijn hoofd laten gaan. Maar dat lukte niet meer. Hij was zichzelf niet. Hij was zijn vertrouwde tekst kwijt. Wat moest hij nu? Zenuwachtig keek hij naar de enorme mensenmassa. Naar de camera’s. De fotografen. Opeens voelde hij de zenuwen gieren door zijn keel. Zijn knieën begonnen te trillen.
Verschrikt keek hij opzij
Terwijl hij naar de mensenmassa tuurde, hoorde hij een licht geritsel naast zich. Verschrikt keek hij opzij. Daar stond het meisje van de regie, met in haar handen een stapel papieren. Ze ritselde met haar papieren en knikte hem toe. De mythe keek haar aan. Toen viel zijn blik op haar vuurrode haren, waar het licht van achter de coulissen zachtjes op scheen. Geruis. Vuurrood haar. Het meisje lachtte hem vriendelijk toe, zonder druk, zonder haast. Alsof ze zijn allerbeste vriend was en hem al jaren kende.
Opeens voelde hij zichzelf veranderen. Hij was niet langer verward of bang. Hij voelde zich rustig worden. Warm. Alsof hij bij een lekker haardvuur zat. Hij keek naar voren en sprong met lenige stappen het podium op. Hij liep naar de microfoon en de woorden kwamen als vanzelf toen hij begon te praten:
“Jullie komen voor het verhaal dat je vertelt hoe je rijk, mooi en gelukkig gaat worden. Dat is een krachtig verhaal, een sterk verhaal. Een verhaal dat veel mensen willen horen. Want het geeft mensen uitzicht op iets moois, het sluit aan bij je diepste verlangens.” Hij was even stil en zag hoe het hele plein ademloos naar hem luisterde. Iedereen wilde méér weten.
Maar dat is niet het ware verhaal
De mythe slikte een keer, en vertelde toen rustig verder:
“Maar dat… is niet het ware verhaal; het is een mythe. Daarom wil ik dat verhaal niet vertellen. Mythes zijn mooi en verleidelijk. Maar uiteindelijk helpen ze je niets verder. Ze beloven veel, gijzelen je aandacht. Maar dan laten ze een leegte in je achter. Een kilte, een kou.”
Hij huiverde zelf even en legde uit:
“Toch zullen er altijd mythes blijven. Want er zijn altijd mensen die in een mythe willen geloven. Waardoor er altijd mensen blijven die mythes aan elkaar doorvertellen. Zo blijven de mythes zich verspreiden; jullie aandacht gijzelen.” Hij was weer even stil, en hoorde een licht rumoer over het plein gaan. Dit was niet het verhaal waarvoor de mensen waren gekomen. Ze zouden vandaag toch leren hoe ze eenvoudig mooi, rijk en gelukkig konden worden? Wat was dit nou? Er klonk gemompel, geroezemoes. De mensen werden onrustig.
Wat had hij gedaan? Wat had hij gezegd?!
Dapper ging hij verder:
“In plaats van die mythe, heb ik wel een ander verhaal voor jullie. Een verhaal over vriendschap, over warmte. Wil je mooi, rijk en gelukkig worden? Dat vind je niet bij een mythe. Dat vind je alleen in de stilte van je eigen hart. Daar brandt het vuurtje van jouw leven. Daar zitten jouw passies.” Hij sloot zijn ogen en dacht aan de warmte van de open haard:
“Blijf niet langer luisteren naar de mythes in de buitenwereld, de verhalen die je verwarren en eenzaam achter laten. Luister naar de stem van je hart. Die kan je echt verwarmen. Daar vind je de echte schoonheid, de ware rijkdom, het echte geluk.”
Het werd muisstil op het plein. De mythe voelde zijn hart in zijn keel kloppen. Wat had hij gedaan? Wat had hij gezegd? Hoe zou het publiek reageren?
Hij kneep zijn ogen dicht, alles verdween
Toen barstte er een oorverdovend gejuich los. De mensen vielen elkaar in de armen, begonnen te huilen en te lachen. Het meisje van de regie knikte naar hem en pinkte een traan weg. Toen fluisterde ze hem zachtjes toen:
“Wat heerlijk, om eindelijk eens naar iemand te luisteren die geen mythe vertelt. Wat een bevrijding. Dit is het echte verhaal, dat we allemaal zo graag wilden horen!”
De camera’s begonnen te flitsen en de mythe werd verblind door hun licht. Hij kneep zijn ogen dicht. Toen verdween alles. Het werd aardedonker, muisstil. Met heel zachtjes, alleen nog het geritsel van de papieren van het meisje van de regie. Heel in de verte zag hij nog de rode gloed van haar haar. Toen hij zijn ogen weer opendeed, moest hij even knipperen tegen het felle licht. Het licht van de haard. De vlammetjes flakkerden hoger dan ooit, het geruis was sterker dan ooit. Het was alsof de haard een diepe, tevreden zucht slaakte.
Verbaasd keek hij rond. Hij was nooit weggeweest, had nooit op het plein gestaan. Maar zijn leven was totaal veranderd. Voorgoed. Hij was geen mythe meer; hij was veranderd in een warm verhaal. Een verhaal dat de mensen blij maakte. Dat ze het echte geluk en de ware rijkdom bracht. Hij was het mooiste verhaal, dat hij kon bedenken.
Ingrid zegt
Weer zo’n hartverwarmend waar verhaal! #Heartmyth 🙂
Marcel zegt
Hartverwarmend !
Gerda zegt
Wat een mooi verhaal. Ik heb het met veel plezier en met instemmend geknik gelezen
Kristina zegt
Dit is echt een mooi en echt verhaal. Ik hoop dat dit verhaal een mijne mag zijn in 2018. Dank je
Fijne feestdagen en een mooi en warm 2018
Kristina