Op een borrel loop ik Klaas tegen het lijf, een ondernemer die ik al langer ken. Z’n bedrijf zit, vanwege de recessie, in een dip. Hij heeft een aantal personeelsleden moeten ontslaan. “Nu is het hard werken om brood op de plank te krijgen, ik pak alles aan”, zo vertelt hij.
“Ik pak alles aan”
We pakken wat te drinken en Klaas vervolgt: “De trajecten die ik doe zijn eigenlijk niet bijzonder. Vaak zit ik bij m’n klanten niet met het goede niveau aan tafel. Ik zie precies wat er anders zou kunnen, hoe ze veel meer kunnen bereiken. Maar de operationele mensen met wie ik werk zien dat gewoon niet. Eigenlijk zou ik op een hoger niveau moeten werken.” Ik vraag hem waarom hij dat dan niet doet. “Tja, er moet toch brood op de plank komen, m’n huidige projecten kan ik niet missen.”
Druk, druk, druk
Ik denk terug aan een paar jaar geleden. Toen had Klaas met z’n bedrijf het razend druk. Hij reed van klant naar klant en haalde veel werk binnen. Ook toen klaagde hij af en toe over het gespreksniveau van z’n klanten. Dat ze het allemaal niet begrepen. Dat hij niet met de goede mensen om tafel zat. Maar ja, die werkdruk, he? Hij was destijds te druk met z’n projecten om een relatie op te bouwen met de goede gesprekspartners.
Zo gaat het te vaak
Terwijl Klaas doorloopt om met een ander te borrelen, blijf ik peinzend staan. Vroeger had hij vanwege de werkdruk geen tijd om te investeren in de goede gesprekspartners, nu moet hij alles aannemen omdat hij niet genoeg werk heeft. Daar klopt iets niet. Of misschien klopt er iets helemaal wel. Het is immers hoe het ons meestal vergaat.
De veilige haven van de dagelijkse druk
Je weet best hoe je het eigenlijk zou willen. Je weet ook dat je huidige situatie niet optimaal is. Eigenlijk moet het anders. Maar ja, er moet ook brood op de plank komen. Of dat project voor die klant moet af. Er is altijd de veilige haven van de dagelijkse druk. Druk die er voor zorgt dat je het ‘druk hebt’, dat je vandaag even geen tijd hebt om aan die mooie toekomst te bouwen. De toekomst die je eigenlijk echt zou willen leven.
Voordat je het weet, leef je zo van dag tot dag verder. Je bent druk, maar diep van binnen knaagt het. Je weet dat je anders kunt. Meer, beter. Maar het komt er niet van. Vandaag even niet. Morgen ook niet. Voordat je het weet ben je vijf jaren verder. Of vijftien, of vijftig.
Een excuus om niet te kiezen voor wat je echt wilt
‘Brood op de plank’ is een veilig excuus, een excuus om het roer niet om te hoeven gooien. Om niet stil te staan bij wat je eigenlijk wilt, om geen keuzes te maken. Om niet te investeren in die mooie toekomst, die je ook kunt realiseren. Brood op de plank, het klinkt mooi. Maar eigenlijk is het een taaie hap met een akelige nasmaak.
Het leven wordt veel interessanter als je je niet langer laat leiden door je dagelijkse angst voor brood op plank. Als je wel durft te investeren in een goede toekomst. Dan sla je de plank nooit mis!
Laat een reactie achter