Als interimmer loop ik al een tijdje mee bij Corporate BV, een grote organisatie. Steeds weer valt me op dat iedereen hier zo hard werkt. Als ik binnenkom, is bijna iedereen al aan de slag en in de middag vertrekt er niemand vroeg. Alle kamers zitten vol en ook de gezamenlijke vergaderzaal wordt volop gebruikt. Maar na een paar weken gaat me heel wat anders opvallen…
Kom lekker twee uur vergaderen
Bij de eerste vergaderingen was ik niet nodig, maar na een paar weken moet ik m’n project presenteren. Ik vraag hoe laat ik op de agenda sta, maar dat is niet duidelijk: “We doen agendapunten altijd in een vaste volgorde en houden geen tijd aan”, zo krijg ik te horen. Ik word daarom uitgenodigd voor de volle twee uur vergadertijd. Op dat moment vallen de schellen van m’n ogen!
Commitment is immers belangrijk
De vergadering duurt lang, omdat er vooral wordt gestuurd op commitment. Iedereen moet met alles meedoen, over alles meepraten. Maar strakke afspraken worden er amper gemaakt. Er is een ellenlange takenlijst, waarvan bijna geen taak is afgerond. Al die klussen worden elke week weer besproken. Ook worden er weinig besluiten genomen of afspraken gemaakt. Er wordt veel gepraat, maar wie regelt nou dat er wat gebeurt? Daar wordt niets over gezegd.
Iedereen is druk, met aansturen
Na die vergadering valt me op dat het steeds zo gaat bij Corporate BV. Er is veel overleg en iedereen praat over alles mee. Maar acties zijn er weinig. Iedereen wil meepraten en ‘aansturen’, maar echt iets doen? Dat doen naast mij maar een paar mensen: enkele andere interimmers. En een aantal oude getrouwen. Mensen die al jarenlang bij Corporate werken. Die anoniem hun werk doen. In alle stilte bergen verzetten. Klussen waar de anderen niet aan toekomen. Die zijn druk. Met elkaar, met vergaderen, met ‘processen beheren’ en ‘aansturen’.
Geen tijd voor klanten
Het allerergste is dat er bij al die drukte amper meer tijd is voor klanten. Tijdens een lunch kaart ik dat aan: “Jullie zijn zo druk met elkaar, zou er niet meer aandacht voor klanten moeten zijn?” De afdelingsmanager knikt bevestigend: “Je hebt helemaal gelijk. Daar zijn we volop over aan het afstemmen. Om dat te stimuleren organiseren we een afdelingsbreed programma. Er komen workshops voor alle teams om samen te bespreken hoe we de klant meer op de kaart zetten. Ik ga de komende maand met m’n MT bespreken hoe we dat kunnen aanpakken, want er moet natuurlijk wel commitment zijn van iedereen.”
De vergadercultuur wordt vrolijk voortgezet. En ik? Ik weet niet of ik moet lachen of huilen.
Geef een reactie